De Hop wordt niet dikwijls gesignaleerd in Nederland maar als je er eentje ziet kom je er niet omheen, want de Hop heeft een uniek verenkleed, waardoor de vogel met geen enkele andere vogel is te verwarren. Eén van de belangrijkste kenmerken van de Hop is de grote kuif, die alleen wordt opgezet als de Hop opgewonden is.

 hop 2016 02

Deze Hop werd ontdekt in Ommen en omstreken, door Mark de Jong en Hans Sybesma: zij belden me dan ook of ik direct wilde komen, uiteraard gewapend met mijn camera. Ik haastte me naar de desbetreffende locatie, waar Hans Sybesma, Gerbrand Groen en Mark de Jong al op mij wachtten.

 hop 2016 01

De Hop was uitgebreid bezig met het zoeken van voedsel.

Grote insecten, zoals: meikevers, rupsen, emelten en veenmollen staan op zijn menu; ook slakken en kleine reptielen worden door de Hop gegeten. Hij zoekt vooral voedsel op de tast door de lange snavel in de grond te prikken. De Hop is een voormalige broedvogel van oude, halfopen cultuurlandschappen op de zandgronden. Ze leven in open bossen tot grassteppen en in woestijnachtige omgevingen. In Nederland zie je ze in een park, tuin, bos of in kleinschalige weides. De Hop broedt van april tot in juni. Hij heeft meestal één legsel met ongeveer 4-7 eieren. Broedduur is 14-16 dagen. Het nest bevindt zich in boomholtes, muren en steenhopen. Het duurt ongeveer 26-30 dagen voor de jongen uitvliegen.
In Nederland is de Hop als zeldzame doortrekker vooral te zien in de periodes maart-mei en augustus-oktober.

hop 2016 03

 

Tekst en fotografie: Ella Roelfs-Rijzebol